Deze keer werd gestart in De Mortel voor een wedstrijd over 63 km (52 voor de masters). De opkomst was goed. En het weer zat ook mee. IN het begin stond er een felle wind die de renners gedurende 2 km op kop hadden. Maar natuurlijk ook zo'n 2 km van achteren.
De amateurs gingen met 40 man van start voor een wedstrijd over 12 rondjes van 5280 meter.
De masters vertrokken een anderhalve minuut later voor 10 rondjes.
Al meteen vanaf de start werd fel gestreden om weg te komen. De Belg Yannick Steurs en de Duitser Stefan Cohnen waren bij de eerste doorkomst een honderd meter voor. De ronde daarna kregen ze gezelschap van onder andere Jody Jochems, Niels Vreys, Peter Stienstra, Leroy Provenzano en Addy van Stiphout. Maar dei werden weer teruggehaald en daarop reden Jochems en Bjorn Berben weg. Ze hadden een drietal achtervolgers op 16 tellen en het peloton op 31. Berben moest vervolgens lossen en viel terug bij de achtervolgers en daarna in het peloton. De achtervolgers Dirk van Leuken, Peter Stienstra en Niels Vreys reden toen op 30 seconden en het peloton op 1 minuut. Na 40 km koers werd de jacht toch weer geopend en wisten de achtervolgers het gat kleiner te maken. Maar ook het peloton kwam steeds dichterbij. Jochems had echter precies genoeg over om Vreys voor te blijven. derde werd van Leuken.
Bij de masters werd na een 10 km een kopgroep gevormd van vijf: Sander Dijkink, Marc Janssen, Joeri Martens, Nick Riddy en Collin van Orsouw. Van Orsouw viel uit en de overige vier wisten een gat tot 45 seconden op te bouwen. Daarna slonk het echter weer en in de zevende ronde werde ze ingerekend. Meteen ontstond een nieuwe kopgroep van 5 met Dijkink en Janssen en daarbij Cliff Vansummeren, Frederic Wilmet en Bas Janssen. Ook die reden tot een 45 tellen weg van de rest. In de laatste ronde bleef er echter maar 17 seconden van de voorsprong over. Wilmet won de sprint voor Vansummeren die Bas Janssen net voorbleef.